HEMATO-ONCOLOGIE
IV. Hematologische maligniteiten / lymfoproliferatieve ziekten:
Vrijwel alle lymfomen en de helft van alle leukemieën ontstaan door kwaadaardige woekering van cellen van de lymfoïde reeks. Deze maligne cellen tonen een bepaald patroon van oppervlakte-eiwitten. Dit patroon (immunologisch fenotype) kan worden vastgesteld met (monoklonale) antistoffen tegen de verschillende oppervlakte-eiwitten. Immunofenotypering van leukemieën en lymfomen is een belangrijke aanvulling op het klassieke cytomorfologische of histomorfologische onderzoek dat veelal wordt uitgevoerd door de hematoloog of klinisch patholoog. Immunofenotypering levert een belangrijke bijdrage aan de diagnose en klassificatie van de leukemieën en lymfomen, hetgeen bepalend is voor de behandeling en het verdere verloop van de ziekte.
De laboratoriumspecialist medische immunologie heeft in samenwerking met hematologen en klinisch pathologen een belangrijke rol bij het uitvoeren van deze immuundiagnostiek, zowel door expertise op het gebied van lymfocytenontwikkeling en lymfocytenfuncties, en de technische aspecten van immunofenotypering (antistoffen en flow cytometrie) als door expertise betreffende de juiste interpretatie van de immunofenotyperingsresultaten.
Tot het immunologisch-diagnostisch arsenaal voor deze hematologische maligniteiten / lymfoproliferatieve ziekten behoren ook de karakterisering van M-proteïnen (monoklonale immunoglobulinen geproduceerd door kwaadaardige B-lymfocyten en plasmacellen) en de uitvoering van beenmerg-immunocytologie. Moleculaire bepalingen worden uitgevoerd voor diagnostiek en classificatie van hematologische maligniteiten / lymfoproliferatieve ziekten in de vorm van immunogenetische analyses van immunoglobuline- en T-celreceptor genen (klonaliteit, MRD monitoring) en/of somatisch verkregen (oncogene) variaties (mutaties, translocaties), en voor het vervolgen van deze ziekten tijdens en na behandeling om daarmee de effectiviteit van de behandeling vast te stellen.